De Belastingdienst heeft op het Quintax-complex in Apeldoorn het derde Overheidsdatacenter (ODC) geopend. Bij het ontwerp is sterk gelet op veiligheid en energieverbruik.
Het Rijk brengt met het Uitvoeringsprogramma Compacte Rijksdienst het aantal van 66 datacentra terug tot slechts vier. De reden hiervan is om een efficiëntere en compacte rijksdienst te ontwikkelen. Tijdens de reconstructie van het twinning-datacenter zijn computerzalen heringericht met vernieuwde koeling, waarbij voor 95 procent de buitenlucht gebruikt wordt. Op 19 juni werd het eerste deel van het twinning-datacentrum geopend op het Quintax-complex in Apeldoorn. Op 4 juli wordt het tweede deel van het datacenter na twee jaar bouw officieel geopend op het Walter Bosch-terrein, vijf kilometer verderop.
Veiligheid
Om de veiligheid te waarborgen zijn het datacenter en het energiegebouw op de Quintax-locatie met elkaar verbonden via een brug, waardoor stroom en koelwater lopen. De brug bestaat uit twee verschillende brandcompartimenten. Brand moet worden geweerd door een hooggevoelig detectiesysteem en een automatische blusinstallatie. Op moment van stroomuitval zullen twee vliegwielen de levering overnemen zonder onderbreking. Op dat moment zullen tegelijkertijd twee dieselgeneratoren opstarten om de energielevering binnen enkele seconden over te nemen. De generatoren hebben beiden een tank van veertigduizend liter onder de grond liggen, die het datacenter drie dagen draaiend kunnen houden.
Complexiteit en gebruik
De bouw van het centrum was complex, omdat de operationele systemen van de Belastingdienst online moesten blijven. De beheerder van het twin-ODC in Apeldoorn is het Centrum voor Infrastructuur en Exploitatie van de Belastingdienst (B/CIE). Het datacentrum bevat alle gegevens over aanvragen, beschikkingen en uitkeringscorrespondentie, aangiftegegevens, import- en exportgegevens en btw-afdrachten. Op dit moment wordt het centrum alleen gebruikt door de Belastingdienst, de Douane en de Fiod.