Zoekmachines als Google moeten op personen gerichte zoekresultaten wissen als die te veel inbreuk maken op de privacy, zo oordeelde het Europese Hof van Justitie in een verstrekkende uitspraak.
Volgens voorvechters van de privacy heeft het Hof hiermee het ‘recht om te worden vergeten’ gecreëerd.
Vrijheid van meningsuiting
Door het arrest kan elke Europese burger die vindt dat het googelen van zijn naam ongewenste resultaten oplevert, Google verzoeken daar iets aan te doen. Wanneer de klacht gegronds is, moet de link worden verwijderd. Google zelf reageert teleurgesteld en verbaast zich erover dat de uitspraak ‘dramatisch anders’ is dan de mening van advocaat-generaal Niilo Jääskinen, de belangrijkste adviseur van het hof in Luxemburg. Hij oordeelde vorig jaar dat de vrijheid van meningsuiting in het geding was en dat een verbod op de publicatie van zoekresultaten censuur zou zijn.
Gegevensverwerking
De zaak was aangespannen door de Spanjaard Maria Costeja González. Bij het intikken van zijn naam in Google verschenen links naar twee artikelen in de Catalaanse krant Vanguardia uit 1998. Hierin werd de executieverkoop van zijn vastgoed beschreven, waarop beslag was gelegd om schulden terug te vorderen die González had bij de sociale dienst. Inzet van de zaak was om de artikelen van internet te krijgen en de verwijzing ernaar te verwijderen. Het eerste hoeft van de rechter niet; de krant mag de artikelen online laten staan. Google mag daarentegen de artikelen niet meer ‘vinden’. Het zou hier namelijk gaan om gegevensverwerking en dat is een bezigheid die volgens een Europese richtlijn uit 1995 alleen is toegestaan met instemming van de persoon om wie het gaat.